zondag 23 augustus 2015
SURINAME DEEL 9 : AFSCHEID
Wederom de rivier. Een blinkend bruin-grijze watermassa die vlot stromend langs de witte oud-koloniale gebouwen op de kades trok. Niet geheel trouwens. Op de plek waar ik stond bevonden zich enkele grote loodsen en een paar hijskranen die jongetjes van 8 alleen in hun dromen zelf mogen bedienen.
Na 2 jaar gingen we, in 1975, terug naar Nederland. Dit had niets te maken met de onafhankelijkheid welke 3 maanden later zou plaatsvinden maar alles met de heimwee die zowel mijn moeder als ik hadden naar ons geboorteland. Het jaar ervoor was mijn oma nog langs geweest, met haar 75 jaar in die tijd een hoogbejaarde die daarvoor zelfs nooit uit Nederland was weggeweest, maar nu werd het dus tijd terug te gaan naar de familie.
Op de reis heen hadden we het vliegtuig genomen dus leek het mijn vader een mooie gelegenheid om terug met de boot te gaan. Die boot was de Ares, een klein vrachtschip varend voor de KNSM met faciliteiten voor een klein aantal passagiers.
Nu is het niet zo dat "klein vrachtschip" wil zeggen dat ik dat toen ook vond. In mijn beleving torende het schip honderden meters boven de kade uit, zoals het daar ongeladen lag. We hadden inmiddels een groot afscheidsfeest gehouden, de hond overgedragen aan de nieuwe baasjes en de auto verloot onder de werknemers van Bruynzeel en bivakkeerden de laatste dagen op het schip. Het was vakantie dus er hoefde verder niet zo veel.
Eigenlijk overtrof het avontuur van de boot mijn gevoelens van spijt over het loslaten van dit mooie land. Pas toen de boot daadwerkelijk losmaakte van de kant, de kade steeds verder weg leek te varen, keek ik nog een keer naar de stad die 2 jaar mijn thuis was geweest. Verder stroomopwaarts zag ik het rommelige terrein met daarvoor de houtvlotten uit de binnenlanden die eigendom waren van Bruynzeel. Dan verdere industrie en hallen waaronder die van de douane en de laad- en loskranen die aan "onze" kade hadden gestaan. Nog verder de markthallen en de pittoreske "Waterkant" van Paramaribo waarop het nu, 's ochtends vroeg, al vrij druk was met vooral rommelige wilde busjes en Japanse roestbakjes die door elkaar krioelden. Achter mij zag ik nog eenmaal het wrak van de Duitse boot liggen met erlangs wild stromend water. En aan de overkant het beginnend platteland.
We kwamen varend langs fort Zeelandia, het museum waar mooie kanonnen, een enge gevangenis en een hele grote zonnewijzer stonden. Erachter zag ik een glimp van (toen nog) het witte gouvernementspaleis, het grote hotel aan de waterkant en de Palmentuin, het stadspark waar ik een aantal keren gespeeld had.
Nu, 40 jaar later, besef ik dat ik vervolgens naar binnen moet zijn gegaan want na fort Zeelandia kan ik me niets meer herinneren, terwijl we nog langs de Riverclub voeren, het hotel waar we ooit enkele weken verbleven en langs de steeds wilder wordende natuur, de mangrovebossen en de stranden waar de schildpadden komen, naar de riviermonding toe. Maar wilde natuur is niet aan een jongetje van 8 besteed dus die tocht staat nog steeds op mijn verlanglijstje.
Het schip deed er een kleine 2 weken over om Nederland te bereiken, 2 weken waarin ik vriendschap voor het leven sloot met de 6-jarige dochter van de stuurman die ook meereisde (ik heb haar na het afscheid op de kade nooit meer gezien) en 2 weken die me altijd zullen bijblijven. Aan boord hadden we een klein zwembad vol zeewater. De eerste keer dat ik onder water zwom met mijn ogen open was meteen de laatste keer, het prikte verschrikkelijk. Het beste staat me nog bij dat ik op een dag, toen we de Azoren passeerden, op het voordek stond met mijn vader en er scholen vliegende vissen opdoken naast de boot.
In Nederland was het toen we aankwamen hoog zomer, ruim 34 graden, we hadden het gevoel dat we per ongeluk waren omgedraaid en terug gevaren. Alleen de palmbomen onbraken.
Mijn plek hier op school pikte ik snel op, leerde mezelf in zeer korte tijd plat Monnickendams spreken want in Paramaribo spraken we alleen Algemeen Beschaafd Nederlands en dat kan natuurlijk niet op een schoolplein en vervolgde mijn leven.
Deze herinneringen draag ik al 40 jaar mee. Misschien vind ik er nog wel meer als ik verder zou graven maar anderzijds: misschien vind ik in de toekomst wel nieuwe. Je weet maar nooit...
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
mooi
BeantwoordenVerwijderen