Ik vraag me al heel lang af waar mijn totale fascinatie voor
dat Zuid-Amerikaanse land vandaan komt. Uiteindelijk heb ik er niet langer dan
2 jaar van mijn jeugd doorgebracht, niet eens de zogenaamde “formatieve” jaren
(welke zijn dat trouwens?).
Ongetwijfeld kunnen psychologen het volledig verklaren.
Ikzelf vermoed dat het ermee te maken heeft dat ik als onbevangen kind in een
totaal onbekende omgeving terecht kwam waar letterlijk alles anders was: de
omgeving, de mensen, de cultuur, ja, zelfs het onderwijs ging er heel anders
aan toe dan ik gewend was.
Het bijzondere is bovendien dat ik destijds nog rondliep in
een behoorlijk veilige versie van Suriname, een plek waar je als jochie van
zeven zonder enig probleem op je fietsje de stad (nou ja, de buitenwijken) door
kon rijden, waar niet heel veel criminaliteit was en waar de welvaart nog
enigszins verdeeld werd onder de mensen. Met name dat laatste is na 1975 rap
een andere kant op gegaan en nu leeft een fors deel van de mensen in veel
diepere armoede dan voordien het geval was, waardoor sommigen vaker hun
toevlucht zoeken tot crimineel gedrag.
Van je zesde tot je achtste levensjaar ben je bovendien
enorm bevattelijk voor het leren van nieuwe dingen en dat is dus precies wat
bij mij gebeurde: alles wat ik zag, meemaakte, rook en hoorde zoog ik op en
zette zich vast in mijn geheugen, oproepbaar voor als ik eens een gedachtenreis
wilde maken.
Zodoende ben ik tot op de dag van vandaag heel aardig in
staat een virtuele reis te maken door de straten van Paramaribo anno 1975,
vanaf de Waterkant de stad in, verder langs het standbeeld van Kwakoe, rijdend
naar het Academisch Ziekenhuis waarvoor we linksaf sloegen richting de
Gemenelandsweg, de geasfalteerde weg richting Uitvlugt, waar we woonden. Ik zie
de supermarkt aan mijn linkerhand, rechts het winkeltje van Jacquelien, een kleine
buurtsuper bestierd door een Chinese dame en dan de zandpaden op, de
Gondastraat met daarin eerst rechts een huis waar ze drie honden hadden die
beter niet het erf af konden komen als je aan kwam fietsen want het waren
krengen. Verderop een stukje onbebouwde bush, links het rattenlijkje hangend
aan de electriciteitskabel, de oude bananenbomen en dan uiteindelijk rechts de
zwarte poort van de oprit onder ons rode Bruynzeelhuis op neuten.
Ook zie en hoor ik de omgeving van mijn huis, veel mensen
die daar woonden en vooral ook hun honden, waarbij je wist welke OK waren en
welke niet.
Het was een vrije tijd, je kwam om half één uit school,
moest wat huiswerk maken en had dan de rest van de middag aan jezelf. Mijn
zusje speelde vooral rond het huis, was nog te klein om zelf naar buiten te
mogen en mijn broertjes waren sowieso nog babies.
Dat, mijn leven daar, heeft zich onuitwisbaar in mijn hoofd
genesteld. In de jaren nadat we terug waren in Nederland speelde het in eerste
instantie geen grote rol maar vanaf 1980, toen Desi Bouterse de macht greep,
volgde ik alle nieuws uit het land op de voet.
Inmiddels zijn we jaren verder, zijn er moorden gepleegd
door de regering, is er een totale guerilla burgeroorlog gevoerd in de
binnenlanden, is Suriname economisch aan enkele afgronden geweest en is in het
land heel veel meer corruptie dan eerder al het geval was. Maar het blijft
Suriname, dat hele mooie land dat zo bepalend is geweest voor mij en mijn
familie.
De vrienden die mijn ouders destijds hadden zijn vrijwel
allemaal overleden of op zijn minst erg oud. En zo zit ik dus met mijn
herinneringen, mooie herinneringen en paar iets minder mooie. Er zijn nog maar
weinig mensen die deze herinneringen delen, ik kan ze hooguit vertellen aan
andere die het horen willen. Komende tijd ga ik kijken wat ik allemaal naar
boven kan krijgen uit dat hoofd van me. Ik word daarbij geholpen door vele oude
brieven die ik vond in het huis van mijn ouders en wellicht mensen die me hun
eigen herinneringen uit die jaren kunnen vertellen.
Uiteindelijk hoop ik het beeld uit mijn hoofd te kunnen
herscheppen op papier, dat beeld van Paramaribo, stad aan de Suriname-rivier,
in de laatste jaren dat de Hollanders er iets te zeggen meenden te hebben…
Geen opmerkingen:
Een reactie posten